||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||

||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||

||| citaat van de dag |||

zondag 26 april 2015

de vraag wie ze is - Rutger Kopland


Intussen huist ze al zo lang in mijn hoofd
en al zo bijna overal - maar wie ze is
een zinloze vraag, je zoekt in je herinneringen...
naar iets onvoorstelbaars, ik weet het, maar
ook zinloze vragen vragen een antwoord
eigenlijk is ze nog steeds die jonge vrouw
die ik ooit toevallig ergens tegenkwam
- maar wie ze is - in mijn hoofd
vind ik haar niet terug
er zijn momenten dat ik ineens weer weet
dat de mens eenzaam is, ook ik
dat ik naar haar kijk en denk: zij daar
dat is ze, zo zichtbaar, zo sterfelijk

halsuitsnijding - Herman de Coninck


Wat heb je vandaag gekocht, vroeg ik.
Een halsuitsnijding, zei je.
Trek ze eens aan, vroeg ik.
En je trok alles uit: dat is ze
helemaal, zei je, maar met de jurk
erbij komt ze tot hier -
en toen wees je midden op mijn handen.

laat - Leonard Nolens


Vertraag.
Vertraag.
Vertraag je stap.
Stap trager dan je hartslag vraagt.
Verlangzaam.
Verlangzaam.
Verlangzaam je verlangen
En verdwijn met mate.
Neem niet je tijd
En laat de tijd je nemen -
Laat.

donderdag 23 april 2015

boomgaard - Bart Moeyaert

 

Kom hier, dat ik je bijt,
je als een appel eet,
en - zoals dat gaat -
van blijdschap
niet meer weet
waar ik mijn handen laat.
Je bent een boomgaard,
eigenlijk, waarvan ik graag
de vruchten pluk,
de bloesems ruik,
zoals vandaag.
Kijk maar:
weer raak ik hier
mijn handen kwijt,
nu ik je in mijn armen bijt
en als een appel eet,
en weet hoe liefde smaakt.

bekentenis - Bart Moeyaert

 

Ik mag je.
Nee. Ik mag je niet.
Ik moet je. Dat bedoel ik.

Ik heb je lief.
Nee. Heb ik niet.
Ik word je lief. Dat voel ik.

Ik ga met jou.
Nee. Ga ik niet.
Ik sta je bij. Beloof ik.

Ben stapel op je.
Hou je vast.
Ik. Hou. Van. Jou.

Geloof ik.

zo heel jij mij - Bart Moeyaert

 

ik steel van je,
niet veel van je,
of zal ik zeggen
dat ik leen.
je mist het niet.
jij plukt de dag
daar waar jij ligt.
je wijst de weg
met kruim.
je maakt het huis
blij bij de deur,
omhelst haast
het adres.
je veegt de aarde
uit ons bed,
zoekt mij
onder het laken,
ziet wie ik ben.
voorspelt geluk
baadt mij in rust.
zo heel jij mij
al jaren,
geneest mij
door te zijn.
jij spreekt de taal
die ik versta
hoort de seizoenen
in mijn stem,
aan mijn adem
wat ik denk.
jij kent de kunst
van nu en hier.
vandaar dat ik je
leen, nee spaar,
of beter nog: bewaar.

kort - Bart Moeyaert



Niet langer dan
een ademtocht,
lang is dat niet,
kijk maar,
ik deed het weer,
zo lang al hou ik van je,
en dan niet zomaar even,
nee,
de hele tijd als nu,
en nu,
en verder nog,
denk ik,
mijn hele leven.

maandag 6 april 2015

nieuwe lente


Zoals seizoenen
gaan en komen, zo word jij
telkens nieuw voor me